James Bond Nederland
Home » Nieuws » Top 10 Bond-auto’s volgens Gosse

Top 10 Bond-auto’s volgens Gosse

Haast iedere James Bond-fans houdt ervan, de auto’s in de filmserie. Op afstand bestuurbare BMW’s, zwemmende Lotussen of skiënde Aston Martins, alles komt voorbij. Maar het is niet alleen Bond die in snelle auto’s rijdt, ook tegenstanders rijden in de mooiste bolides. Vandaag zet ik mijn tien favorieten op een rij.

Ik moet direct iets bij jullie bekennen, de meest iconische Bond-auto staat in dit rijtje niet op plek één. Voor je echter naar je toetsenbord vliegt en me wil bevragen of ik wel een echte 007-fan ben, ik heb een goede reden. De Aston Martin DB5 is zó iconisch, het leek mij te voorspelbaar om die op één te zetten. Een andere plek op de lijst verdient de auto echter ook niet, dus om het spannend te houden blijft deze auto in de garage staan. Al staat de DB5, ook bij mij, normaal gesproken op de eerste plek.

De auto’s die ik gekozen heb zijn geselecteerd op het uiterlijk schoon, de manier hoe ze gebruikt zijn in de film en op wat onderbuikgevoel.

10. Rolls Royce Phantom III – Goldfinger (1964)

He loves only gold en dus is zijn auto ook van goud. De kleur lijkt wellicht wat gelig, maar deze auto heeft wat te verbergen. Bond plaatst een zender in Goldfingers auto en volgt hem naar Zwitserland. Onderweg ontmoet hij Tilly die ook achter Goldfinger aan zit vanwege de moord op haar zus. Als Bond ’s avonds in Goldfingers fabriek gaat kijken, hoort hij hoe Goldfinger zijn goud gesmokkeld. Het chassis van de auto is namelijk sterk genoeg om gouden staven aan vast te maken, met die stijven rijdt hij heel Europa rond.

De Rolls-Royce is de eerste keer dat een slechterik een eigen auto bezit die meer is dan hij op het eerste oog lijkt te zijn. In de hele Bond-serie zijn er maar weinig auto’s die dit voorbeeld volgen. De Phantom III werd in 1936 geïntroduceerd en tot 1939 werden 727 Phantom III-bolides gebouwd. Zijn jongere broertje, de Phantom II, werd gebruikt door Kamal Khan in de film Octopussy (1983). Vanaf maart 2014 was de auto te zien in Bond in Motion en bleef daar tot de sluiting vorig jaar. Waar de auto op dit moment verblijft, is onbekend.

9. Rolls-Royce Silver Cloud II – A View To A Kill (1985)

  • Kenteken: 354 HYK

Wanneer 007 op undercovermissie is om meer te weten te komen over Max Zorin, doet Sir Godfrey Tibbett zich voor als Bonds persoonlijke chauffeur. De elegante Rolls Royce past prachtig in de weelde van het Franse landgoed van Zorin. Helaas kent de auto een treurig einde als hij samen met James een meer in wordt geduwd. Die weet echter slim gebruik te maken van de lucht die nog in de banden zit om te ademen. Of dat in het echt ook mogelijk is weet ik niet, maar ik vind het ingenieus bedacht van Bond en de scenarioschrijvers.

De echte auto was bezit van producent Albert R. ‘Cubby’ Broccoli en bevat de nummerplaat CUB 1. Cubby liet natuurlijk niet zijn echte auto het water in rijden, daarvoor werd een replica gebruikt. De auto is, weliswaar met een andere kleur, ook te zien in Thunderball (1965). Daarin heeft het een heel klein bijrolletje op de parkeerplaats van de gezondheidskliniek Shrublands. Vlak voor de première van No Time To Die (2021) begon vingen mijn reisgenoot en ik nog een glimp op van de auto, waar de auto traditiegetrouw het aankomstvervoer was voor Barbara Broccoli.

8. BMW Z8 – The World Is Not Enough (1999)

  • Kenteken: V354 FMP

Zoals elke Bond-auto zit de BMW Z8 vol met gadgets, die aan Bond worden geïntroduceerd in Schotland door Q’s nieuwe assistent, R. Eén van die gadgets is een speciale sleutelhanger die kan worden gebruikt om de auto op afstand te besturen. De meest explosieve toevoeging aan de BMW zijn een paar raketten verborgen achter ventilatieopeningen in de voorvleugels van de auto. Wanneer Bond aankomt in Kazachstan rijdt hij er eerst mee naar Christmas Jones, die toezicht houdt op het ontmantelen van nucleair materiaal.

Helaas komt de Z8 later aan een gruwelijk einde, als hij in tweeën wordt gespleten door een cirkelzaag die aan een helikopter hangt. Fans van de auto hoeven zich geen zorgen te maken, aangezien de echte auto pas enkele maanden na de release van de film werd uitgebracht. De auto op het scherm is een Corvette-motor en een Z8-chassis er omheen gebouwd. Ironisch genoeg is dit de eerste keer dat Bond Q indirect zijn excuus aanbiedt, iets wat goed bij de film past, aangezien dit de laatste film met Desmond Llewelyn was.

Dit is niet de laatste keer dat we Bond de auto zien besturen, hij rijdt ook in twee videospellen met de bolide. In 007 Racing (2000) rijdt de speler met de BMW in New York en Agent Under Fire (2001) bestuur je de auto door Hong Kong in een achtervolging met Carla the Jackal.

De gebruikte auto was net als die van Goldfinger te zien bij de tentoonstelling Bond in Motion. De nummerplaat die voor de film werd gebruikt is nooit geregistreerd tijdens het filmen, maar later wel aan een verkochte Z8 gegeven. Iemand in het Verenigd Koninkrijk rijdt dus, mogelijk zonder het te weten, met het nummerbord van James rond.

7. Aston Martin DBS – Casino Royale (2006) & Quantum of Solace (2008)

  • Kenteken: TT 378-20 (Casino Royale)
  • Kenteken: 72 GH3LD (Quantum of Solace)

Bond ontvangt de sleutels voor de DBS in het hotel in Montenegro, vlak nadat Vesper boos de liftdeur voor zijn neus sluit. In de auto zit een Walther P99 en een defibrillator. Die defibrillator is zijn redding als 007 wordt vergiftigd door een Martini. Later, als Bond en Vesper tijdens het eten genieten van de overwinning, krijgt Vesper een berichtje van Mathis en gaat ervandoor. Bond beseft dat dit niet klopt en rent haar achterna. Hij ziet dat ze een auto in wordt gesleurd en springt in zijn Aston Martin. Het loopt niet goed af met de auto. Bond moet tijdens de achtervolging uitwijken voor Vesper en geeft een slinger aan het stuur. Dit zorgt ervoor dat de auto meerdere malen over de kop vliegt en rokend tot stilstand komt.

Om deze stunt uit te voeren werd echter geen DBS gebruikt, maar een aangepaste DB9 met een kanon in de vloer, omdat de originele auto een te laag zwaartepunt had. Casino Royale behaalde met de stunt een wereldrecord, nog nooit vloog een auto zo vaak om zijn eigen as.

De auto kwam, met een donkerdere tint grijs, terug in de pre title sequence van Quantum of Solace. Net als in de vorige film wordt de auto opnieuw bijna volledig vernield nadat Bond wordt achtervolgd en beschoten door schurken in Alfa Romeo’s. Niet alleen in de film, maar ook tijdens het opnemen vernielde een chauffeur een DBS door deze per ongeluk het Gardameer in te rijden.

Beide auto’s waren lang te zien bij Bond in Motion. De DBS kwam ook voor in de videospellen Blood Stone (2010) en 007 Legends (2012).

6. Citroen C2V – For Your Eyes Only (1981)

  • Kenteken M-1026-A

Wat doe je als je eigen Lotus net is opgeblazen? Als het aan Melina ligt kun je dan net zo goed in een gele eend rijden. Na het groteske Moonraker (1979) wilden de producenten James Bond met For Your Eyes Only weer met beide benen op de grond zetten. Over de auto is weinig bijzonders te melden, behalve de knalgele kleur. Maar dat maakt hem juist zo leuk! Het is een doodnormale auto, waardoor de scène zelf creatief in elkaar zit. De gele eend vliegt over heuvels heen, rolt langs olijvenbomen en valt van wegen naar beneden, om vervolgens door de plaatselijke bevolking overeind te worden geholpen. Roger Moore straalt in deze achtervolging en maakt continue grappen en trekt bijzondere gezichten.

Mocht je zelf met een gele eend rijden, dan heb je in ieder geval de goedkeuring van Sir Roger Moore. Bij Top Gear – Fifty years of Bond Cars geeft hij aan dat dit zijn favoriete Bond-auto is.

5. Jaguar XKR – Die Another Day (2002)

  • Kenteken: OR 203

Veel mensen hebben kritiek op Die Another Day, en hoewel het mijn eerste Bond-film was, kan ik me er vaak in vinden. Toch heeft de film zeker een paar hoogtepunten. De pre-title sequence zit goed in elkaar, het zwaardgevecht is spannend en ook achtervolging op het ijs is zit goed in elkaar. Hetgeen wat deze scène spectaculair maakt, is dat Zao’s Jaguar net zo gevaarlijk is uitgerust als de Vanquish van Bond. De strijd tussen deze auto’s is als Goliath tegen Goliath.

De Jaguar met open raketten en mitrailleur op de achterzijde

De achtervolging begint vlak nadat Bond op een tsunami gesurft heeft. Bioscoopgangers zaten waarschijnlijk nog schaterlachend in hun stoel van gekkigheid, maar niet voor lang. Hoewel veel scènes in de twintigste Bond-film CGI bevatten, is al het stuntwerk in dit deel echt.

Als Zao een sneeuwscooter in het ‘niets’ ziet botsen gaan alle alarmbellen bij hem af. Gelukkig voor hem heeft hij hittegevoelige sensoren in zijn auto, waarmee hij 007 in de Vanquish door de sneeuw ziet rijden (al is het bijzonder dat niemand de plots ontstane bandensporen opmerkt). Met een ronkende motor racet de henchman achter de nog onzichtbare Bond aan en begint hij te schieten met zijn mitrailleur. Al snel merken we hoe gevaarlijk dit kan worden voor James, want zijn adaptieve camouflagesysteem geeft het al snel op.

De blazers van David Arnold blazen door je speakers, terwijl het publiek steeds meer van Zao’s snufjes ontdekt. De raketten van beide auto’s houden elkaar goed in evenwicht, maar de man met het diamanten gezicht weet de Aston Martin toch ondersteboven te krijgen. Op het moment dat Bond de genadeklap zou moeten krijgen van Zao weet hij zijn schietstoel echter slim te gebruiken. De kracht van de schietstoel zorgt ervoor dat de Vanquish weer op vier wielen terechtkomt en de auto ontwijkt daarmee de raket. Kogels en raketten dansen door de lucht, voordat de twee het ijspaleis binnen rijden en daar de race vervolgen.

Zao lijkt Bond als een kat in het nauw te hebben gedreven. De weg houdt op en als James geen kant lijkt op te kunnen rijden, zien we twee gevaarlijke ramming spikes uit de voorkant van de groene bolide komen. Het lijkt erop alsof Bond gespietst gaat worden als een stokje voor op de barbecue. Echter, zijn adaptieve camouflage is net op tijd hersteld en we zien Bond verdwijnen in het niets. Zao geeft gas, maar op de plek waar James had moeten staan, blijkt nu niks meer dan leegte te zijn. De Noord-Koreaan rijdt zo de natte afgrond in. Bond, die in zijn onzichtbare modus slim achteruit was gereden, grinnikt en vervolgt zijn weg. Daarmee komt een einde aan het groene spiegelbeeld van de Vanquish.

4. BMW 750i – Tomorrow Never Dies (1997)

  • Kenteken: B:MT2144

I thought you’d pay more attention to a female voice.

Q tegen Bond

We ontmoeten de BMW 750i voor het eerst op het vliegveld van Hamburg. We zien dat Avis de producenten genoeg geld heeft gegeven zodat EON Productions Desmond Llewelyn in een roodgekleurd pak heeft gehesen (en hoewel Q’s echte naam Major Boothroyd is, draagt hij nu een naamplaatje met de tekst Quentin Quigley). Kort na de introductie van de BMW toont de oude Kwartiermeester de beste eigenschap van deze auto, de mogelijkheid om hem op afstand te besturen met een mobiele telefoon. Hoewel Q zelf nog wat moeite heeft met het besturen op afstand, demonstreert Bond dat de auto en hij elkaar feilloos aanvoelen.

Er is soms kritiek op het uiterlijk van deze auto, hij zou te saai zijn of niet goed passen bij een geheim agent. James Bond is echter undercover als een bankier, ik vind deze auto goed passen bij zo’n rol. Wat mij betreft past deze grijze muis op vier wielen goed bij de rol die 007 moet uitstralen in Hamburg.

Open achterbumper van de BMW 750iL

Na een onderonsje met Dr. Kaufman kan de auto pas echt gaan schitteren. Handlangers van Carver staan om de auto heen, maar ze kunnen er nog geen krasje op slaan. Bond start de motor, rijdt de auto van een afstandje weg van de boeven en springt door het achterraam naar binnen. In een geweldige achtervolging door een parkeergarage in Hamburg haalt Bond alles uit de kast wat deze auto in zich heeft. Bond knalt raketten uit het het zonnedak laat spikes vallen uit zijn achterbumper, waar hij even later zelf doorheen rijdt. Gelukkig voor hem had Q-branch daar al rekening mee gehouden, want zonder problemen pompen de banden zichzelf weer op.

Overal zijn explosies te zien terwijl de BMW de garage doorkruist, maar een van de leukste eigenschappen is toch wel de dame met het Duitse accent. Terwijl 007 alles en iedereen in deze chaos probeert af te schudden, komt zij aan met teksten als:

Driver alert, obstruction ahead. Reduce speed now!

Reminder, unsafe driving will void warranty.

Al met al is dit wellicht wel een van mijn favoriete scènes in heel de Bond-franchise. Zo’n spectaculaire achtervolging in zo’n kleine ruimte is ontzettend knap. Er is overzicht in de chaos en de scène wordt goed ondersteund door de muziek van David Arnold. Een van mijn favoriete aspecten van dit segment is dat Bond zelf veel plezier lijkt te hebben met deze toch nogal oncomfortabele rit. Aan het eind van de rit springt 007 uit de auto en laat de BMW toepasselijk van de hoogte verdieping van de parkeergarage in een winkel van Avis donderen. De Duitse stem sluit af:

Congratulations on a safe journey.

In de behind the scenes is goed ingegaan op hoe het productieteam heeft laten lijken dat deze auto gereden kan worden zonder bestuurder. De volledige achterbank is uit de auto verwijderd en achter de bestuurdersstoel is een stuur met een scherm geplaatst. Vanaf daar kan een stuntman de auto besturen, terwijl deze uit het zicht van de camera blijft. Het zorgt in de film voor een overtuigend effect.

De auto in de film is geen echte 750iL, maar een 740iL met een ander badgetype. Tijdens het filmen zijn er zeventien auto’s gebruikt, waarvan vier met een verstopte coureur.

3. Lotus Esprit (Turbo) – The Spy Who Loved Me (1977) en For Your Eyes Only (1981)

  • Kenteken: PPW 306R (The Spy Who Loved Me)
  • Kenteken: OPW 654W (For Your Eyes Only, wit)
  • kenteken: OPW 678W (For Your Eyes Only, rood)

De meest iconische auto van Roger Moore moet toch wel de Lotus Esprit zijn. De filmmakers brengen de auto zo in de film, dat zijn bekendste functionaliteit nog een tijdje geheim blijft. Terwijl Q de auto aan Bond uitlegt, kijkt het publiek vanaf een eindje mee met Anya. Daardoor weet de kijker nog niet wat voor bijzonders deze auto allemaal kan.

In de eerste achtervolging blijkt dat de auto meer dan snel is. Er zit een verfkanon verstopt achter het nummerbord, waarmee het de voorruit van andere auto’s kan verblinden. De Esprit racet alles en iedereen voorbij, maar Bond laat ons schrikken wanneer hij plots het water in rijdt. Gelukkig is de auto hiervoor gemaakt en verandert hij binnen een mum van tijd in een kleine onderzeeër. Op de plekken waar wielen horen te zitten verschijnen een soort bestuurbare vinnen en achterop heeft de auto meerdere propellers. Met de torpedo’s onder de motorkap weet Bond verschillende vijanden uit te schakelen. De kers op de taart is het beeld van Wet Nellie die het strand oprijdt. Niet gek dat Bond en Anya daar veel aandacht mee krijgen. Een fantastische auto en een waardige nummer drie.

De Lotus Esprit is na de Aston Martin DB5 de eerste auto die terugkomt in een latere film, soort van. Twee films na The Spy Who Loved Me zien we zijn snellere broer, de Lotus Esprit Turbo, terugkeren. Eerst in het wit, die al snel wordt opgeblazen en later in het koperrood. Die kleur heb ik altijd onwijs mooi gevonden. Het contrast van het koperrood op de witte sneeuw ziet er goed uit en de ski’s op het dak maken het plaatje compleet.

2. Aston Martin V8 – The Living Daylights (1987) & No Time To Die (2021)

  • Kenteken: B549 WUU

We zien de V8 voor het eerst als convertible, op het moment dat Bond bij Blayden House de poort binnenrijdt. Bond pakt een grote picknickmand van de achterbank en loopt er mee naar binnen. Er volgt een lunch, een actiescène en een gesprek met M voordat we de auto weer tegenkomen, ditmaal in het lab van Q. Die blijkt er net een vast dak op te zetten. Ik ben altijd benieuwd geweest wat Bond hiervoor met de auto heeft gedaan en waarom hij daar per se een Volante voor nodig had, maar ik denk niet dat we dat ooit zullen weten.

De V8 komt pas echt tot zijn recht met de achtervolging in Oostenrijk. De bandenversnipperaar van de DB5 uit Goldfinger is geüpgraded naar een laser en achter de mistlampen zitten raketten verstopt. Wanneer een van Bonds banden het op het ijs begeven, maakt hij slim gebruik van de velgen. Hij rijdt een cirkel om een politieauto heen, waarna die langzaam begint te zinken. Mijn favoriete onderdeel van de auto moeten toch wel de buitenboordski’s zijn. Na een snelle waarschuwing van Bond knalt de V8, ondersteund door een extra turbo verstopt achter het nummerbord, met de ski’s over een trap heen. James moet snel handelen en drukt op de zelfvernietigingsknop. Dat leek voor lange tijd het einde van deze prachtige auto in de James Bond-serie.

Wie dit bedacht heeft weet ik niet, maar iemand kwam tijdens de productie van No Time To Die op het idee om deze auto terug te laten keren. Ik weet niet wie het was, maar die persoon mag van bij tijdens de ontwikkeling van Bond 26 een bonus krijgen. De V8 is een plaatje om naar te kijken, en hoewel we niet weten hoe Craigs Bond eraan komt, was het een feest om de V8 met nieuwe beelden op het grote scherm mee te maken. Zou Craigs Bond klassieke Aston Martins verspreid door Londen hebben staan? Hoe dan ook, het is gaaf om eens een andere auto dan de uitgemolken (sorry) DB5 eens te zien. Hopelijk opent dit de deur voor andere Aston Martins om ook eens mee te maken.

Waar is de DB10?

Jullie zullen vast een auto missen, de DB10 uit Spectre (2015). Noem me een zuurpruim, maar ik ben totaal geen fan van Bond in de auto. Vind ik hem lelijk? Zeker niet. Hij ziet er stukken beter uit dan de nieuwste Vantage. Maar Bond is een spion en spionnen horen niet in opvallende prototypes te rijden. De kans dat hun cover daarmee verspeeld wordt zou veel te groot zijn. Bond in een DB10? Nee, dank je.

1. Aston Martin Vanquish – Die Another Day (2002)

  • Kenteken: KE02 EWW

Bij het kopje over de Jaguar XKR heb ik al wat dingen over deze auto genoemd, maar dat is lang niet genoeg. De Vanquish is een schitterende auto, werkelijk waar prachtig. Ik hou van alles wat deze auto ís. De Vanquish bouwt verder op wat Aston Martin neerzette met de DB7 neerzette, maar dan beter. De voorkant, de achterkant, de zijkant, alles is perfect. Het lukt me niet om iets negatiefs te zeggen over deze auto.

Deze scene werd opgenomen in de achtertuin van Pinewood Studios

Wellicht komt mijn voorliefde voor deze auto omdat ik hem als kind veel zag. Ik ben James Bond-liefhebber geworden door Everything or Nothing (2004), de eerste Bond-film die ik zag was Die Another Day en bij mijn buurjongetje speelde ik veel Nightfire (2002). Ik ben in mijn jonge jaren dan ook overspoeld door deze auto en James Bond.

©Supercars.net

Toegegeven, het is wat ridicuul dat de Vanish onzichtbaar kan worden. En het hele concept van een onzichtbare auto in de sneeuw (met bandensporen) én een ronkende 6-Liter V12 is vrij zinloos, maar de pay-off in de film werkt goed. Ik kan het deze auto niet kwalijk nemen. Ook Brosnan kijkt in interviews vaak wat spottend terug op Die Another Day, maar deze was hij zo dol op dat hij hem mocht houden.

Ik ben niet de enige die zo positief naar deze auto kijkt. Bij Aston Martin zijn ze nog steeds erg trots op wat ze hebben neergezet in 2001. Paul Spires, president van Aston Martin Works, vertelt in een interview met supercar.net:

The original V12 Vanquish represented an important and timely development for our marque. It was, and is, a great super GT with all the character, style, and power that is rightly expected of an Aston Martin sports car. 20 years on from that debut, the V12 Vanquish remains a proud part of the marque’s heritage which we celebrate here at Newport Pagnell. It is an exceptional piece of our history, and a car that we can rightly look back on with considerable pride.”

Zoals je leest is dit voor mij dé ultieme Bond-auto (na de DB5 dan). De Vanquish is wellicht alleen voorgekomen in Die Another Day, maar na het verschijnen van de Aston Martin V8 in No Time To Die heb ik goede hoop dat we James Bond over twintig jaar een Vanquish uit zijn garage zien rijden. Als ik de producenten een tip geef; de onzichtbare Q-Cloak mag thuisblijven.

©Aston Martin, 2018

Bekijk ook:

Gosse Drent

Gosse, door zijn vader vaak een lopende James Bond-encyclopedie genoemd, is al sinds zijn vijfde fan van ’s werelds bekendste geheim agent. Door het videospel Everything or Nothing maakte hij kennis met de wereld van 007 en heeft deze nooit meer kunnen loslaten. Hij schoot voor zijn tiende verjaardag een eigen Bond-film. Tegenwoordig houdt hij zich met van alles bezig rondom de serie, van de kleinste details tot het laatste nieuws.

Reageren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.