James Bond Nederland is al bijna twintig jaar een volledig uit de hand gelopen hobby. Eentje die best veel tijd in beslag neemt. Daarom redden we het simpelweg naast onze eigen levens niet altijd om elke week iets gaaf voor jullie te leveren. Deze keer duiken we terug in de tijd en schrijven we de datum 4 november 2017.
Na maanden van research kom ik met het artikel Prins Bernhard: Nederlandse James Bond óf Nederlandse Bond-schurk? Een uitgebreid verhaal rond onze enige echte Prins Bernard. Man van Koningin Juliana der Nederlanden. De moeder van nu prinses Beatrix en onze huidige koning Willem-Alexander.
Oorspronkelijk artikel
De Britse Koning George VI zei ooit eens: “Van alle mensen die ik ken ben jij de enige die werkelijk van de oorlog heeft genoten.” Dat was niet zo lang na het einde van de Tweede Wereldoorlog. De Britse Koning zou de uitspraak gedaan kunnen hebben over de snobistische Ian Fleming, de bedenker van James Bond. De bij de Bond fans beroemde bon-vivant gebruikte de oorlog als inspiratiebron voor zijn romans. Ware het niet dat Koning George VI het hier specifiek had over een lid van het Nederlandse Koninklijk Huis: Prins Bernhard Leopold Zur Lippe-Biesterfeld. Bernhard had niet alleen wat trekjes van de beroemde Britse geheim agent. Ian Fleming deed zelfs onderzoek naar de Schavuit van Oranje.
Wijlen Prins Bernhard staat in Nederland bekend als een van de meest kleurrijke leden van het Koninklijk Huis. Niet geheel onterecht natuurlijk. Met zijn grote verzameling sportwagens –veelal Ferrari’s, maar ook een prachtige Aston Martin– en zijn drie buitenechtelijke kinderen, was Prins Bernhard op z’n zachtst gezegd een markante en flamboyante persoonlijkheid. Maar de laatste paar jaren loopt zijn imago wel wat deuken op. Onderzoeksjournalisten en historici als Cees Fasseur en Gerard Aalders treden in details over zijn inmiddels toegegeven lidmaatschap van de NSDAP. Om nog maar niet te spreken over de Greet-Hofmans affaire en de Lockheed-affaire inzake aangenomen steekpenningen. Overigens geheel terecht, maar ook deze gebeurtenissen kenschetsen zijn karakter en stijl.
Inclusief een kwaadaardig ogende tatoeage, was ook déze Count Lippe één van de weinige adelijke ’schurken’ met een flinke dosis Bond-achtige charme. Of is het de Bernhard-achtige charme die zich eigen gemaakt heeft van geheim agent 007?
Het is dan ook niet geheel verwonderlijk dat Prins Bernhard zich aan het begin van de Tweede Wereldoorlog in Londen als Nederlandse balling al snel begaf onder de snel krimpende Londense jetset. De meeste mensen van stand verlieten Londen in rap tempo bij aanvang van de Blitz; het immense offensief van de Nazi’s waarbij Londen gedurende september 1940 en mei 1941 gebombardeerd werd en waarbij uiteindelijk 42.000 Britse burgers het leven lieten. Voor Ian Fleming en Prins Bernhard zat dat er, gezien hun taken, niet in.
Eerste schreden in het London van de Tweede Wereldoorlog
Toen Sir Admiral John Henry Godfrey in 1939 directeur-generaal werd van de British Naval Intelligence (hij stond later model voor Bond’s baas ‘M’), werd Ian Fleming door hem gevraagd om voor hem te komen werken. Als onderzoeker en screener werd de tot Commander gepromoveerde Ian Fleming geacht om verdachtmakingen over samenwerking met de Nazi’s te bevestigen of te ontkrachten.
Prins Bernhard op zijn beurt reisde met zijn gezin en Koningin Wilhelmina af naar Londen, waar hij al snel probeerde om in goede aarde te vallen bij de Britse autoriteiten. Hij bood zijn diensten aan bij de Britse Geheime Dienst na een bezoek aan Koning George VI. Als voormalig Duits staatsburger kon dat van strategisch belang zijn voor zowel MI6 als de Admiraliteit en dus werd hij op voordracht van Premier Winston Churchill onderwerp van een intensieve screening. Alleen bij een positieve uitkomst zou hij zo mee kunnen werken aan de Allied War Planning Councils. Het was de geestelijk vader van James Bond, Ian Fleming, die de grondige screenings uitvoerde (bron: “Prince Bernhard: A Biography“, door Alden Hatch). Van top tot teen, inclusief Bernhard’s esculaap-tatoeage op z’n linkerarm, werd hij doorgelicht. Maar er werd geen tot weinig compromitterende informatie gevonden en dus was Fleming’s oordeel positief (Men wist van Bernhard’s lidmaatschap van de Motor SS en Motor SA, maar de Duitse adel werd in die tijd, begin jaren ’30, vaak ongevraagd lid).
Maar de laatste paar jaren loopt zijn imago wel wat deuken op. Onderzoeksjournalisten en historici als Cees Fasseur en Gerard Aalders treden in details over zijn inmiddels toegegeven lidmaatschap van de NSDAP. Om nog maar niet te spreken over de Greet-Hofmans affaire en de Lockheed-affaire inzake aangenomen steekpenningen.
Rond deze tijd, de beginmaanden van Bernhard’s verblijf in Londen, maakte Ian Fleming kennis met de prins. Bernhard moest natuurlijk uitgehoord worden en zo werden er al vroeg ontmoetingen ingepland. Setting voor deze ‘lunches’ was meestal de lobby van het (Ritz-)Carlton Hotel. Ian Fleming had daar zijn tijdelijke onderkomen (bron: “Prince Bernhard: A Biography“, door Alden Hatch). Niet lang daarna, in juni 1940, sprak Prins Bernhard zijn steun uit voor de Britse strijdkrachten tijdens een uitzending van de Overseas Service van de BBC.
Een voorname club
De Britse journalist Denis Sefton Delmer, overigens vloeiend in Duits, werkte destijds bij de Duitstalige Overseas Service van de BBC. Ook hij begaf zich in welgestelde Londense kringen waar Ian Fleming en Prins Bernhard deel van uitmaakten. En zo kon het gebeuren dat op een koude novembermaand van 1940, een kleurrijk gezelschap ging dineren in de flat van Sefton Delmer. Deze flat bevond zich op het terrein van de luxueuze herensociëteit Lincoln’s Inn; een duur ogend etablissement waar advocaten-in-opleiding uit Wales en Engeland op voordracht lid van konden worden. Aanwezig waren: Denis Sefton Delmer, Sefton’s vrouw Isabel, Leonard Ingrams (onder-minister van Economische Oorlogszaken), Leonard’s vrouw Victoria, Martha Huysmans (dochter van de Belgische premier in ballingschap), Anna McClaren, en natuurlijk Prins Bernhard en Ian Fleming (bron: “Ian Fleming: A Biography“, by Andrew Lycett).
Prins Bernhard keek even om zich heen en bedankte al z’n gasten op een wel erg droge manier: “Thank you for this most enjoyable evening!”.
Londen werd in die dagen belaagd door Duitse bombardementen (de Blitzkrieg). Ook het gezelschap wist dus dat het elk moment een schietschijf kon worden. Die avond sloeg er een bom in op het trappenhuis van de Lincoln’s Inn, vlakbij Delmer’s appartement. Wonderbaarlijk genoeg raakte niemand van het gezelschap gewond. Iedereen wist zich in veiligheid te brengen en Prins Bernhard stond als laatste op van de eettafel. Hij liet zichzelf 6 meter naar beneden zakken tot aan het dichtstbijzijnde nog intact zijnde stukje trappenhuis. Prins Bernhard keek even om zich heen en bedankte al z’n gasten op een wel erg droge manier: “Thank you for this most enjoyable evening!”. Een getuigenbeschrijving die zowel in Andrew Lycett’s biografie van Ian Fleming te lezen is als ook in Alden Hatch’ biografie over Prins Bernhard.
Denis Sefton Delmer verklaarde later over die avond, toen de eerste bommen vielen: “Ik had zojuist Bernhard, die z’n jas al had aangetrokken, overgehaald om nog even te blijven voor tenminste een goed glas brandy. En toen lag iedereen voordat ik het wist lang uitgerekt op de grond door deze apocalyptische explosie. Het gebouw trilde als in een aardbeving. We liepen naar de uitgang en ik zei ’Ach, het stelt niet veel voor’. We stoken de kaarsen aan, roddelden nog wat en bleven champagne drinken alsof er niets aan de hand was.”
Uiteindelijk was het gehele 200-jaar oude trappenhuis van de Lincoln’s Inn vernietigd door het bombardement. Daags na het bombardement ging Prins Bernhard op bezoek bij de brandweerlieden die het terrein hadden geëvacueerd. Brandweerman Lew White herinnert zich: “Ik hielp Prins Bernhard, die op zoek was naar z’n vriendin. Hij was erg dankbaar en de volgende morgen kwam hij naar de kazerne en gaf hij ons allemaal Chinese mokken.”
Van non-fictie naar fictie
Met een beetje verbeeldingskracht kan menigeen zich inbeelden hoe wijlen Prins Bernhard zich in bovenstaande situaties gedragen zou hebben. Wat vaststaat, en dat geldt ook voor Nederlandse geschiedkundigen die zich verdiept hebben in de man, is dat Prins Bernhard een joviale, charismatische man was die in z’n sas was met een bepaald entourage van mensen.
Als verbindingsofficier tussen de Britse en Nederlandse strijdkrachten en als Honorary Air Commodore van de Royal Air Force is de Prins nooit actief geweest als oorlogsvlieger (ook al schiep hij daar regelmatig over op), maar zijn persoonlijkheid heeft ongetwijfeld genoeg indruk achtergelaten bij de geestelijk vader van geheim agent James Bond-007: Ian Fleming.
Voor Ian Fleming was het wellicht genoeg reden om een antagonist uit zijn achtste James Bond boek Thunderball (1961 naar Prins Bernhard Zur Lippe-Biesterfeld (tevens Graaf Von Biesterfeld) te vernoemen. Inclusief een kwaadaardig ogende tatoeage, was ook déze Count Lippe één van de weinige adelijke ’schurken’ met een flinke dosis Bond-achtige charme. Of is het de Bernhard-achtige charme die zich eigen gemaakt heeft van geheim agent 007? Ja of nee, wel of geen steekpenningen, de echte wereld bleef mede dankzij Prins Bernhard een inspiratiebron voor Ian Fleming en zijn wereld van James Bond.
Reageren